Print Email Facebook Twitter Waterinjectie baggeren, een vernieuwde modellering Title Waterinjectie baggeren, een vernieuwde modellering Author Kortmann, H.C. Contributor d'Angremond, K. (mentor) van der Schrieck, G.L.M. (mentor) Kranenburg, C. (mentor) Faculty Civil Engineering and Geosciences Date 1994-08-01 Abstract Tijdens het waterinjectie baggeren treden verschillende processen op. Om te beginnen wordt water met behulp van het baggerwerktuig in de bodem van het te baggeren gebied geinjecteerd, vandaar de naam waterinjectie baggeren. Vervolgens treedt menging van het water uit de straal met bodemmateriaal en omgevingswater op. Op deze manier ontstaat een homogeen mengsel van water en sediment. Dit homogene mengsel zal onder invloed van de zwaartekracht en/of stroming wegstromen in een bepaalde richting. Dit totale proces is in 1988 al eens gemodelleerd. Door verschillende onderzoeken en het beter bekend worden van de verschillende onderdelen van het proces is het mogelijk om deze modellering te verbeteren. Op deze manier wordt meer inzicht verkregen in wat er onder water gebeurt. Voor het eerste deelproces, het injecteren, is het mogelijk verschillende factoren zoals de voortgangssnelheid of de sproeier afstand (stand off distance) ook mee te nemen bij het berekenen van de indringdiepte. Bovendien is het mogelijk straaltheorieen te gebruiken die een beter inzicht geven in de geometrie van de straal, dan de nu gebruikte theorieen. Als laatste wordt nog de erosiefunctie genoemd die het Waterloopkundig Laboratorium (WL) heeft ontwikkeld aan de hand van een serie jetproeven. Deze kunnen met enige aanpassingen voor slib worden gebruikt voor een nieuwe modellering. In het tweede deelproces, het opwervelen, kan bekeken worden hoeveel omgevingswater zich in de straal mengt voordat de turbulentie zover is afgenomen dat geen water meer wordt opgenomen. De straal zal "tot rust gekomen" zijn als het grensvlak van de straal stabiel is geworden. Hiervoor wordt een criterium voor stabiliteit van dichtheidsstromen gebruikt dat eventueel met een interne sprong bereikt kan worden. Als een rustig mengsel is ontstaan zal dat over de waterbodem afstromen. Als tijdens het baggeren een stationair proces is ontstaan kan de geometrie van de wolk worden berekend met behulp van een theorie over dichtheidsstromen. Op deze manier is inzicht te verkrijgen in de vorm en de grootte van de wolk en daarmee samenhangend in de grootte van de produktie. De vertroebeling die optreedt tijdens het baggeren (het mengen van sediment met omgevingswater) evenals de verblijhijd van het slib in suspensie zijn een maat voor de mogelijkheid van het optreden van vervuiling. Uit proeven in het Haringvliet (november 1994) is gebleken dat het mogelijk is om vervuild slib met behulp van waterinjectie te baggeren zonder het oppervlaktewater te veel te vervuilen. Subject waterinjectie baggerendredgingwater injection dredgingfluid mud To reference this document use: http://resolver.tudelft.nl/uuid:256b7035-9b8c-4065-aca8-a6c9cef11c13 Publisher TU Delft, Civil Engineering and Geosciences, Hydraulic Engineering Part of collection Student theses Document type master thesis Rights (c) 1994 H.C. Kortmann Files PDF ceg_kortmann_19940801.pdf 3.31 MB Close viewer /islandora/object/uuid:256b7035-9b8c-4065-aca8-a6c9cef11c13/datastream/OBJ/view