Print Email Facebook Twitter Nieuw OV voor Amsterdam: Ontwerp van een aangepast openbaar vervoer net naar aanleiding van de aanleg van de Noord/Zuidlijn Title Nieuw OV voor Amsterdam: Ontwerp van een aangepast openbaar vervoer net naar aanleiding van de aanleg van de Noord/Zuidlijn Author Van Leusden, R. Contributor Hansen, I.A. (mentor) Wiggenraad, P.B.L. (mentor) De Roos, R. (mentor) Van Overbeeke, W. (mentor) Faculty Civil Engineering and Geosciences Department Transport & Planning Date 1998-10-01 Abstract Recentelijk is besloten de Noord/Zuidlijn aan te leggen als uitbreiding van het Amsterdamse metronet. Deze metrolijn loopt van het Buikslotermeerplein in Amsterdam-Noord via het Centraal Station naar het station Zuid/WTC. Parallel aan dit tracé !open een aantal tramlijnen, waarvan het gebruik waarschijnlijk door de Noord/Zuidlijn beYnvloed zal worden. Tevens wordt het gebied rand de snelweg A10-zuid ontwikkeld in het kader van het Masterplan Zuidas. De aanleg van de Noord/Zuidlijn en de ontwikkeling van de Zuidas hebben een grote invloed op de vraag naar en het gebruik van openbaar vervoer in Amsterdam. Gezien deze ontwikkelingen is er behoefte aan meer informatie over de noodzakelijkheden en mogelijkheden tot het aanpassen van het lijnennet. In dit rapport worden drie alternatieven gemaakt om ideeën te genereren voor een nieuw openbaarvervoernet. Het eerste alternatief is een aanpassing van een door het projectbureau Noord/Zuidlijn ontwikkelde variant op het huidige netwerk. Dit alternatief wordt dan ook als referentie-alternatief gebruikt. De aanpassingen hebben vooral betrekking op de ontwikkeling van de Zuidas. Het tweede alternatief is gebaseerd op de stedelijke structuur van Amsterdam, dat voornamelijk uit radialen en tangenten bestaat. Ook bij dit alternatief liggen de belangrijkste veranderingen in het gebied rand de Zuidas. Het derde alternatief wordt ontworpen aan de hand van de door de TU Delft ontwikkelde Systed-methode voor het ontwerpen van stedelijk openbaar vervoer. Hierbij worden eigenschappen van het te onderzoeken stedelijk gebied vertaald naar een eenvoudig schema bestaande uit lijnen en knopen. De eigenschappen en route van deze lijnen bepalen de uiteindelijke vormgeving van het ontwerp. De evaluatie van de alternatieven op basis van reistijdvergelijkingen en materieelinzet Ievert een aantal opvallende conclusies op met betrekking tot delen van het netwerk. De belangrijkste conclusie is het verschijnsel dat de metrolijn een sterke wisselwerking heeft met kruisende tramlijnen. Er vinden dus vee! overstappen plaats tussen metro's en aan- en afvoerverzorgende tramlijnen. Daarentegen neemt de Noord/Zuidlijn het grootste gedeelte van de vervoersstroom van de parallel lopende tramlijnen over. Van de drie lijnen die in de huidige situatie volgens het tracé van de Noord/Zuidlijn !open hoeft er slechts een gehandhaafd te worden. Een hierop volgende conclusie is dat die ene lijn die overblijft wei degelijk een functie behoudt naast de metrolijn. Het toevoegen van een buslijn langs het tracé van de Oostlijn blijkt in de berekeningen voldoende gevuld te zijn. Hieruit wordt het verschil in functie tussen een verbindende en een ontsluitende lijn goed zichtbaar. De metrolijnen vervullen een belangrijke verbindende functie. Dit komt voornamelijk door de grote afstanden binnen Amsterdam in combinatie met de lage gemiddelde snelheden van het bus- en tramnet, waardoor het reizen met de bus of de tram over lange afstand vee! ongunstiger is dan het reizen met de metro, ondanks een eventuele omweg. De resultaten tonen ook aan dat het ontwerpen op zich, ook indien een specifieke methode wordt gebruikt, een iteratief proces is. Bij het ontwerpen van fijnmazige netwerken is er zoveel ontwerp vrijheid, dat slechts door het evalueren van tussentijdse stappen een goed functionerend antwerp kan worden gemaakt. Tenslotte kan geconcludeerd worden dat het bestaande lijnennet na een aantal aanpassingen geschikt is om de gevolgen van de hierboven genoemde ontwikkelingen op te vangen. Omdat het beheer van een lijnennet door de jaren heen ook een soort iteratief ontwerpproces is geworden, blijkt het bestaande netwerk goed opgebouwd te zijn en een goede basis te vormen voor het functioneren van het openbaar vervoer in de volgende eeuw. Het uitvoeren van uitgebreide vervoerswaardeonderzoeken wordt zeer nuttig geacht om het bestaande lijnennet te optimaliseren en aan te passen aan toekomstige ontwikkelingen. Hierbij kunnen bovenstaande conclusies van belang zijn om ideeën te genereren voor en richting te geven aan het ontwerpproces. Subject OVAmsterdamNoord/Zuidlijn To reference this document use: http://resolver.tudelft.nl/uuid:559bf765-d875-42de-a7a8-7e788fc68e9e Part of collection Student theses Document type master thesis Rights (c) 1998 Van Leusden, R. Files PDF Afstudeerwerk_Robert_van_ ... n_1998.pdf 77.57 MB Close viewer /islandora/object/uuid:559bf765-d875-42de-a7a8-7e788fc68e9e/datastream/OBJ/view