Print Email Facebook Twitter Baggeren en storten in de Westerschelde: Een nieuwe kijk op het onderhoudsbaggerwerk Title Baggeren en storten in de Westerschelde: Een nieuwe kijk op het onderhoudsbaggerwerk Author Kornman, B.A. Liek, G.A. Schippers, H.K. Corporate name Rijkswaterstaat Project Zeemove Date 2003-06-01 Abstract In 1997 en 1998 is de tweede (grote) verruiming uitgevoerd in de Westerschelde. Daarna houdt men de vaargeul op die nieuwe diepte en breedte door middel van onderhoudsbaggerwerk. Voorafgaand aan de tweede verruiming was voorspeld dat, als gevolg van die verruiming, het onderhoudsbaggerwerk met ongeveer 6 Mm3/j zou toenemen. In de tien jaar (1987-1996) voor de tweede verruiming bedroeg het onderhoud in de Westerschelde gemiddeld ongeveer 9,5 Mm3/j. Het onderhoudswerk na de tweede verruiming zou dus ongeveer 15,5 Mm3/j worden. Gebleken is dat het onderhoud van 1999 t/m 2001 gemiddeld slechts ongeveer 11,5 Mm3/j bedroeg. Doel van deze studie was het verloop van het onderhoudsbaggerwerk zo gedetailleerd mogelijk in beeld brengen, de inzichten rond de processen van aanzanding van drempels in kaart te brengen en dit alles te analyseren. Dit moet er toe leiden dat de kennis rond het baggerwerk wordt verhoogd. CONCLUSIES Volgens de bestaande inzichten betekent het aanbrengen en instandhouden van meer overdiepte op een drempel automatisch dat de aanzandingssnelheid op die drempel (meer dan lineair) toeneemt en daarmee het onderhoudsbaggerwerk ook. De bestaande inzichten stellen voorts dat het dichtbij een baggerlocatie storten van sediment zorgt voor een hogere aanzandingssnelheid van een drempel dan wanneer verder weg gestort wordt en daarmee ook voor een toename van het onderhoudsbaggerwerk. Bovenstaande inzichten leidden in de periode voor de verruiming tot de verwachting dat het onderhoudsbaggerwerk na die verruiming toe zou nemen. De voorspellingen van de toename die in de literatuur gevonden zijn, hebben allen dezelfde orde grootte van circa 6 Mm3/j. Aangezien deze voorspellingen niet gebaseerd zijn op enig fysisch inzicht of empirische relaties, kan aan de juistheid ervan getwijfeld worden. De analyse van de baggergegevens levert, wanneer deze vergeleken wordt met de bestaande inzichten, een aantal opvallende conclusies op: De theorie dat het onderhoudsbaggerwerk exponentieel stijgt met toenemende overdiepte wordt niet bevestigd door de waarnemingen na de eerste verruiming. Op de drempel van Bath blijft het onderhoud hetzelfde als voor de eerste verdieping. Er wordt wel een toename in het totale onderhoudsbaggerwerk na de eerste verruiming waargenomen, maar die wordt voornamelijk veroorzaakt doordat het te onderhouden oppervlak is toegenomen en omdat het onderhoud om de vaargeul op breedte te houden stijgt. Op de drempel van Hansweert stijgt het onderhoud met een factor 3 als gevolg van de toename van het te onderhouden drempeloppervlak met een factor 3. De gegevens van het onderhoud na de tweede verruiming bevestigen dit beeld. De aanzandingssnelheid op een drempel heeft een maximum. Op de drempels in het oosten lijkt dat maximum bereikt te zijn. De relatie tussen baggerintensiteit en de stortomvang op dicht bij elkaar gelegen bagger- en stortlokaties in de Westerschelde wordt niet bevestigd door de gegevens. Het storten van sediment kan direct leiden tot een toename van het onderhoudsbaggerwerk, maar ook tot een afname als de lokale morfologie en waterbeweging door het storten veranderen. Aangezien de drempels in de Westerschelde een maximum aanzandingssnelheid hebben en de sedimentbeschikbaarheid in de Westerschelde niet beperkend is, lijkt het logisch dat de nabijheid van een stortlokatie geen invloed heeft op de benodigde. baggerinspanning. Immers, er is dan misschien wel meer sediment beschikbaar, maar er kan toch niet meer aanzanden op de drempel dan het maximum. Subject baggerenstortenWesterscheldeonderhoudsbaggerwerkanalyseverruimingMOVE Classification TCS2000 To reference this document use: http://resolver.tudelft.nl/uuid:ab1bb442-2855-4784-98d9-30f4d34e95d1 Publisher Rijkswaterstaat, RIKZ Source Werkdocument: AB/2002.840x Part of collection Hydraulic Engineering Reports Document type report Rights (c) 2003 Rijkswaterstaat Files PDF rikzAB2002840x.pdf 1.34 MB Close viewer /islandora/object/uuid:ab1bb442-2855-4784-98d9-30f4d34e95d1/datastream/OBJ/view